Veronica van Jeruzalem

Print Friendly, PDF & Email

Vroeger herdacht men de heilige Veronica op 4 februari of op Vastenavond. Veronica sukkelde echter in 1969 van de heiligenkalender. Zij wordt tweemaal afgebeeld in de kerk Heilige Kruisverheffing en eenmaal in de kerk Sint Thomas van Kantelberg. Voldoende redenen voor een bespreking.

Heilige doeken

Het verhaal van Veronica is niet gebaseerd op de evangelies, maar op vrome fantasie over de herkomst van heilige doeken met vermeende bloedsporen van Jezus’ gelaat: de zweetdoek in Rome, het Mandylion van Edessa (nu ook in Rome), het doek van het Turkse Camuliana (nu in Istanbul), de doeken van Veronica in Rome, Milaan en Manoppello in Italië en Jaén in Spanje. De tradities ontstonden ten vroegste in de zesde eeuw, dus eeuwen na de evangelies. Een geforceerde vermenging van Latijn met Grieks zou geleid hebben tot de naam ‘vera eikoon’ (‘ware afbeelding’).

Kopieën van de doeken werden vanaf de 15de eeuw een populair devotieobject in huiskamers en kerken, vaak geschilderd door de Vlaamse Primitieven. In de 19de eeuw propageerde de Confrérie Herstelling der Godslasteringen het mediteren bij Christus’ gelaat.

Veronica en haar ware afbeelding…

Het vierde-eeuwse apocriefe Evangelie van Nicodemus (hoofdstuk 5, vers 26) vermeldt als getuige tijdens Jezus’ proces een zekere Veronica die – zoals in de canonieke evangelies, maar dan zonder naam – na twaalf jaar gedurige bloedvloeiingen genas toen zij Jezus’ kleed aanraakte. Hier is nog geen sprake van haar doek. Daarvoor moeten we nog enkele eeuwen wachten.

Volgens één late versie was keizer Tiberius eens zwaar ziek. Berenice, zijn vroegere dagmoeder, vernam dat er in Jeruzalem een wonderdokter rondliep en werd daarom naar Palestina gestuurd om Pilatus in te schakelen. Die had echter toevallig net de gezochte profeet veroordeeld, die nu op weg was naar Zijn executie. Berenice wurmt zich tussen de menigte en ziet hoe Jezus strompelt onder Zijn kruis, het gelaat nat van bloed en zweet. Ze reinigt Zijn gelaat met een doek.

Als ze dat ’s avonds wil wassen, ziet ze er het gelaat van Jezus in afgebeeld. Dat doek wordt in Rome aan de keizer getoond. Hij drukt het liefdevolle gelaat tegen zijn gezicht en… geneest. Hij zegt haar: ’Vera eikoon’ (‘Dit is de ware afbeelding’ of ‘het gelaat van de waarheid’). Berenice werd volgens die legende daarom Veronica, slechts drie letters verschil. In een andere versie gaat het om een vertrouweling, Volusianus, die dan in Jeruzalem Veronica ontmoette. In de vijftiende eeuw krijgt het verhaal een plaats op de kruisweg (Via Dolorosa) in Jeruzalem en zo ook in de kruiswegen in kerken.

De Kerk riep Veronica (Véronique, Niki, Vera) uit tot patrones van wasvrouwen, linnenwevers, linnennaaisters en pastoorsmeiden, maar ook van portretschilders en fotografen. Haar voorspraak werd ingeroepen bij zweren, zware bloedingen, menstruatieproblemen en voor een goede dood. Omwille van de twijfelachtige historiciteit oordeelde de Kerk vorige eeuw dan dat Veronica niet langer op de heiligenkalender kan staan.

Veronica op het hoofdretabel (1861)  

Een eerste afbeelding van Veronica vinden we op het linkse tafereel van het Heilig-Kruisaltaar, getekend door Jean-Baptiste Bethune (1821-1894).  De Leuvense beeldhouwer Michel Abeloos (1828-1881) voerde het ontwerp in 1861 uit in kalksteen en gips. Het tafereel werd kort nadien in kleur gezet door het atelier Bressers- Blanchaert uit Maaltebrugge, in 1966 in het wit gespoten en in maart 1994 opnieuw gepolychromeerd door Charles Hernou en zoon Luc.

Er staat veel volk op dit tafereel, ook al is daarvoor weinig diepteruimte. Links komt een groep mensen uit Jeruzalem: één Romeinse soldaat vooraan en één achteraan, twee boze schriftgeleerden en een man die het kruis helpt recht houden, wellicht Simon van Cyrene. De rechtse figuren, met aureool, kijken machteloos toe: Jezus’ moeder (blauwwitte kledij) en zijn vriend-apostel Johannes (rood kleed en zonder baard) met tranen in de ogen en een van de gehuwde vrouwen – zij draagt een sluier – die Jezus tot de dood volgden: Maria Salomé of Maria, de vrouw van Klopas. Centraal knielt Veronica om op gelijke hoogte van Jezus te komen, de ideale houding als hulpverleenster. Haar doek vertoont reeds het gelaat van Jezus, polychroom, bijna een foto van de veroordeelde Jezus voor haar.

Veronica en Jezus, hoofdretabel kerk Heilige Kruisverheffing (1861)

 

 

 

Jesus aangezigt (sic!) door Veronica gereinigd”, zesde statie van de kruisweg in de kerk Heilige Kruisverheffing (François De Vriendt, 1875).

 

 

 

 

 

Zesde statie van de kruisweg (1875)

De tweede afbeelding met Veronica zien we als zesde statie van de kruisweg van de kerk Heilige Kruisverheffing. Het religieuze stripverhaal dateert van 1875 en is gesculpteerd door François De Vriendt uit Borgerhout (1829-1919). Hij gebruikte daarvoor een houten frame waarop hij een gipsen afgietsel in hoogverheven reliëf aanbracht. De mal zorgde voor identieke kruiswegen die we ook terugvinden in bv. de kerken Heilige Magdalena Brugge (1873, zonder kader),  Sint-Gillis Brugge (1885, twee neogotische banden van zeven staties) en Moerkerke (1873). Voor het kader kozen Moerkerke en Sint-Kruis een model zoals dat van de kerk van Oss bij het Nederlandse ’s Hertogenbosch. In 1966 werd de kruisweg van Sint-Kruis wit gespoten en in 1989 opnieuw gepolychromeerd.

Door de straat loopt een stoet. Jezus, de enige met een aureool, draagt Zijn kruis. Zijn witte kleed sleept over de grond. Je zou van minder driemaal struikelen. Simon van Cyrene (rechts) draagt de voet van het kruis. De balk richt daardoor, samen met de arm van de jongeman links, alle aandacht op Veronica. Zij maakt aanstalten om Jezus’ gelaat af te vegen. Er staat nog geen afbeelding op haar doek.

Voor en achter Jezus lopen twee soldaten doelgericht verder. Zij zijn dergelijke taferelen gewoon. De meest zichtbare mist zijn rechterhand. Die is ooit afgebroken en hield oorspronkelijk een hellebaard vast. Dat weten we door vergelijking met dezelfde scène in de Sint-Gillis- en Magdalenakerk. Een jongen met een spade denkt aan de put die hij straks mag  graven. Naast hem staat tegen de gevel een meisje te schreien en achter hen loopt iemand in een blauw kleed. Voor de deur kijkt een dame met een rode mantel en groene muts toe. Tien personages dus. Enkel Veronica doet actief iets aan het menselijke leed dat zich hier afspeelt. Dat vraagt empathische moed.

Vlaams decor?

Devriendt inspireerde zich voor zijn neogotische weergave op de gewoonte van de Vlaamse Primitieven om oude verhalen te situeren in een hedendaags decor. We zien inderdaad Vlaamse huizen in baksteen en zandstenen raam- en deurkozijnen. Dat is duidelijk niet Jeruzalem. Ook de wapens en de kledij van de figuranten zijn anachronistisch. Romeinen en Palestijnen droegen in Jezus’ tijd geen broeken en de kledij van de vrouwen is wel heel rijkelijk versierd, zeker in de Sint-Gillis- en Magdalenakerk.

Hadden die 15de eeuwse kunstenaars vandaag geleefd, dan liep Jezus met Zijn kruis door de Moerkerkse Steenweg of de Malehoek met rondom Hem mannen en vrouwen in gescheurde jeansbroek en agenten in uniform, misschien zelfs met mondkapje. Het meisje zou snel een foto nemen met haar smartphone en ongewild in concurrentie komen met Veronica. Snapchat en WhatsApp zouden voor de verspreiding zorgen.

Eric Colenbier (Werkgroep Heemkunde Sint-Kruis)

Bronnen: Dendooven, K. in De kerk van de H. Kruisverheffing in Sint-Kruis. Een vroeg voorbeeld van rijpe neogotiek (2003), p. 52-53 en 56-57; Van Dael P. & Tummers H., ‘De Veronicadoek in het Westen en zijn voorgangers in het Byzantijnse Oosten’, in Verdult P. (red.) (2009). God en kunst. Over het verdwijnen en het verschijnen van het religieuze in de kunst, p. 98-133 en https://www.heiligen.net/heiligen/02/04/02-04-0100-veronica.php.

Veronica in de kruisweg van de Maria-Magdalenakerk (François De Vriendt, 1873, nieuwe polychromie Paul De Wispelaere en Nico Inslegers, 1985).

 

 

 

 

 

 

Veronica droogt het aangezicht van Jesus af” (François De Vriendt, januari 1885, St.-Gilliskerk, Brugge, polychromie Jules Bevernage, Gent en in 2011 gereinigd door kunstschilder Koen Deweerdt uit Roeselare). Dit zouden de originele kleuren kunnen zijn zoals de kruisweg van Sint-Kruis die oorspronkelijk had.

 

 

 

 

 

Veronica als zesde statie van de kruisweg van Albert Servaes (1883-1966) in de kerk Thomas van Kantelberg. Een jonge Veronica toont haar doek 

met de wonderlijke afdruk. Achter haar zien we links Jezus en rechts Simon van Cyrene die samen het kruis dragen. De veertien afbeeldingen achter glas zijn kleine reproducties van de originele grote houtskooltekeningen in de kapel van de voormalige abdij van Male.